Vandaag las ik in Z! een intrigerend verhaal over Japanse mannen èn vrouwen die innige relaties met fictieve figuren hebben. In het artikel wordt aandacht geschonken aan Akihiko Kondo. “Kondo is een gewone Japanse man, hij is vriendelijk en makkelijk in de omgang. Hij heeft vrienden, een vaste baan en draagt een stropdas naar zijn werk. Maar in één ding wijkt hij af: Kondo is getrouwd met een fictief personage.”
Zijn geliefde is Hatsune Miku, een door de computer samengestelde popzangeres met turquoise haar. Na een relatie van tien jaar is hij met haar getrouwd. De 38-jarige Kondo heeft liefde, inspiratie en troost gevonden in Miku. Hij en zijn verzameling Miku-poppen eten en slapen samen, kijken samen naar films en maken regelmatig uitstapjes, waarvan 'ze' de foto’s op Instagram plaatsen.
Interessant aan dit verhaal is dat Kondo openlijk uitkomt voor zijn liefde voor Miku. En hij is niet de enige: in Japan is er een grote subcultuur ontstaan van zogenaamde fictoseksuelen.
Het Japanse woord voor de gevoelens die de fictieve figuren oproepen is ‘moé’, wat zoveel betekent als schattig of aandoenlijk.
Wat voor Kondo belangrijk is in zijn relatie met Miku is "dat zij er altijd is voor hem, ze hem nooit zal bedriegen en dat hij niet mee hoeft te maken dat ze ziek wordt of overlijdt.”
Het trof me dat Kondo deze voordelen noemt van Miku. Kennelijk wil hij door een relatie met een fictief figuur relationele narigheid vermijden. Ik vroeg me meteen hierna af waarom wij (buiten Japan?) ons vrijwillig overgeven aan relationele narigheid in fictieve en niet-fictieve literaire romans?
In de (romantische) literatuur zijn er namelijk nogal wat partners die onbetrouwbaar zijn (bij voorbeeld Proust: Een liefde van Swann; Salter: Light Years; Singer: Enemies, a love story) of personages die te maken krijgen met een zieke en/of stervende geliefde (bij voorbeeld Barnes: The only story; Murakami: Norwegian Wood; Wolkers: Turks fruit). Lezers houden van deze boeken juist door de sterke emoties die ze oproepen. Zij weten echter ook dat als zij het boek sluiten, ze kunnen overgaan tot de niet tragische orde van de dag, die mogelijk saai is, maar in ieder geval niet smartelijk. De lezer die zichzelf herkent in het verhaal en de personages, zou meer inzicht in zichzelf kunnen krijgen en mogelijk ook voorbeelden kunnen vinden voor het omgaan met nare gebeurtenissen. Zich overgeven aan relationele narigheid in romans lijkt zo een positief effect te hebben.
Interessant blijft echter de vraag waarom de een relationele narigheid vermijdt en de ander deze opzoekt.
Wie meer wil weten over fictoseksualiteit, adviseer ik het boeiende artikel “Niet van vlees en bloed” in Z! NR 1 (26 december 2022 – 13 januari 2023 - bladzijde 08-09) te lezen. Het nummer is te koop bij de verkoper van de straatkrant (https://www.z-krant.nl/over/).
Uit: Z! NR 1 (26 december 2022 – 13 januari 2023; bladzijde 09)
Uit: Z! NR 1 (26 december 2022 – 13 januari 2023; bladzijde 08)
Reactie plaatsen
Reacties